donderdag 30 april 2020

Diep gaan met Denker des Vaderlands

Een les gewijd aan de dilemma's rondom de huidige corona crisis met gast Daan Roovers. Wie mogen er allemaal meepraten? Wat zijn de belangrijke morele vragen waarvoor we ons gesteld zien? Deze les vond plaats met Gymnasium 5 op dinsdag 21 april van 11.00 tot 12.00 uur.


Misschien is "evenement" in dit geval  wel een beter woord dan "les". Lessen waren tot nu toe een redelijk vaste combinatie van een docent met een groep leerlingen die op een bepaald tijdstip in een lokaal lesstof consumeren. Op een school met honderden leerlingen en tientallen docenten een puzzel waar de roostermakers zich dagelijks de tanden op stuk bijten.

In dit geval moest ik de puzzel zelf een beetje maken want op het tijdstip dat de roostermakers mijn les hadden ingepland was de gast verhinderd. Na enig overleg over en weer hadden we toch een gaatje weten te vinden. Niet op een regulier lestijdstip maar in het banduur dat sinds het onderwijs op afstand in het rooster zit. Dat leverde bij mij wel een beetje stress op, want als het niet verplicht is komen ze dan wel. Dat viel gelukkig mee. Zo'n 50 leerlingen hadden de moeite genomen in te schakelen op mijn evenement.

Om te beginnen stelt Daan Roovers zich voor als Denker des Vaderlands. Dat is geen beroep maar een eretitel die een vooraanstaand filosoof gedurende 2 jaar mag dragen. De taak van Denker des Vaderlands is waar nodig het maatschappelijk debat over fundamentele vragen van visie te voorzien. Het zal dan ook geen verwondering wekken dat haar mening en inzichten op dit moment veel gevraagd zijn.

Maar voordat we op de meer filosofische vragen ingaan ligt er nog een ander moment in het verschiet waar naar uitgekeken wordt. Die avond is er weer een persconferentie waar naar verwachting versoepeling van de maatregelen wordt aangekondigd. Iedereen in de klas wil natuurlijk graag weten wat er gezegd gaat worden over de middelbare scholen. Dit was de voorspelling van de leerlingen (N=50).




Minder dan de helft had het goed voorspeld. Antwoord B was juist. Een beetje flauw om de rest van de klas nu een onvoldoende te geven, maar het is wel aardig een beetje over de foute antwoorden te speculeren. Zo vermoed ik dat leerlingen die antwoord A hadden gegeven het een beetje zat zijn om thuis te zitten en hopen dat ze weer naar school gaan. Ik denk dat antwoord C op twee manieren kan worden uitgelegd . Een groep leerlingen zal zich zorgen maken of het ooit nog eens goed komt. En voor een andere groep is het een vorm van "Wishfull Thinking". Sommige leerlingen gedijen beter in de rust van hun eigen bubble zonder afgeleid te worden door wat er in de klas gebeurt.


Over van de actualiteit naar een meer beschouwende invalshoek. Van te voren is het artikel van Marl Huijer "Heiligt het doel de middelen?" uit de Volkskrant van 8 april 2020 gelezen. Daarin gaat het onder andere over de beslissing om (onder druk van o.a. ouders, leraren en medisch specialisten) de scholen te sluiten. Was dat wel een democratische beslissing. Marli Huijer vindt van niet. De regering heeft zich hier te veel laten leiden door de waan van de dag. De klas vind er het volgende van.



Een ruime meerderheid is het met Huijer oneens. Daan Roovers was het met deze stelling niet eens/niet oneens. Dat heeft volgens haar niet te maken met de maatschappelijke druk maar met het feit dat er op dat moment een heldere en eenduidige beslissing moest worden genomen. En liefst ook één met niet al te grote maatschappelijke risico's. Dit vraagstuk sluit natuurlijk mooi aan bij het machtsdilemma. Inspraak of daadkracht? In deze situatie is daadkracht geboden.

Moeten we dan maar in alles volgzaam en gehoorzaam zijn? Nee, dat  vindt de klas dan ook weer niet.



Een ruime meerderheid van 77% is hier (helemaal) mee eens. Ook Daan Roovers vindt dat het debat gevoerd moet blijven worden en kiest voor "helemaal mee eens".


Dan is de volgende vraag die opkomt, wie er allemaal mogen meepraten. Moet je per se viroloog of epidemioloog zijn om mee te mogen praten? Of mag Jort Kelder ook iets zeggen.



2/3 van de klas is het oneens met deze stelling. Daarin staan ze tegenover Daan Roovers die het met deze stelling wél eens. In haar toelichting is ze overigens wel mild "Ach, laat zo iemand maar kakelen", was haar laconieke commentaar. Maar eigenlijk vind ze dat dit soort discussie moeten worden gevoerd door mensen die er verstand van hebben op plekken die daarvoor bedoeld zijn. Dus niet in een talkshow.

Waarom dan toch zo'n grote steun voor opiniemakers als Jort Kelder bij de leerlingen. Dat laat zich waarschijnlijk verklaren uit het feit dat Jort Kelder 1,5 week daarvoor als gast in de les had opgetreden. Hier had hij de gelegenheid om in te gaan op de uitspraken waarvoor hij in de media afgebrand werd. Een ruime meerderheid van de klas van zijn optreden verhelderend (en ook amusant).


We komen langzaam tot de kern van het artikel van Marli Huijer. Waarom nemen we eigenlijk al deze maatregelen, die ons leven er niet vrolijker op maken. De eerste invalshoek is dat we er alles
aan moeten doen om zo veel mogelijk levens te redden.






















Zoals je kunt zien is 3/4 van de klas het hier (helemaal) mee eens. Slechts 13% is het (helemaal) oneens. Deze stelling is gebaseerd op de filosoof Immanuel Kant (1724-1804) die de mens ziet als "moreel handelende wezens", die ook zonder gebod van God in staat zijn het goede te doen.
Daan Roovers uitte kritiek op deze stelling omdat er wordt gesproken over én respect én pogen te redden. Met het eerste is zij het wel eens, maar met het tweede niet.


Want het redden van levens kan ten koste gaan van andere negatieve gevolgen. Daarom de tweede morele stelling.





















Deze stelling is gebaseerd op de "hedonistische calculus" van Jeremy Bentham (1748-1832). Die gaat er van uit dat je een rekensom zou kunnen maken waarbij je uiteindelijk een keuze maakt die het meest oplevert voor de maatschappij als geheel. Het hoogste maatschappelijk geluk dus.

Zowel de klas als Daan Roovers zijn het hier met de kleinst mogelijk meerderheid mee eens. Opmerkelijk is de kleine groep van 9% die het oneens is met de stelling. Zou het toeval zijn dat die groep net zo groot is als de groep die vindt dat alle levens moeten worden gered?

Wat hier vooral uit blijkt is de twijfel of het überhaupt mogelijk is tot die "optimale verdeling" te komen. Je komt dan al heel snel op heel vervelende keuzes uit. En wie moeten die dan nemen?

Maar dan doemt de vraag op, worden we dan wel blij van die anderhalve meter samenleving. Daar zien we een eensgezind antwoord van zowel klas als gast. Dat ziet een ruime meerderheid niet zo zitten.




















Maar als we dat niet gaan volhouden moeten we dan accepteren dat er meer mensen het slachtoffer worden van het corona virus. Een vraag die Marli Huijer in haar artikel als conclusie presenteert.






















Opmerkelijk dat bijna een kwart de sterfelijkheid van de mens kennelijk niet wil accepteren. Heeft dit te maken met de leeftijd van de leerlingen (15-17 jaar)? Helaas ontbrak de tijd daar nog dieper op in te gaan. Een kleine meerderheid accepteert het gegeven van de sterfelijkheid wel. De vraag is dan natuurlijk hoe dat mee moet wegen in het debat.


Er kwamen nog wat andere onderwerpen aan de orde, maar dit is toch wel een beetje het belangrijkste. De Gymnasium 5 leerlingen lijken een beetje heen en weer geslingerd te worden tussen het verlangen goed te doen voor iedereen en de realiteit dat dit misschien een utopie is.


Amsterdam 28 april 2020






Disclaimer: Het live-onderzoek voor deze les heb ik zoals gebruikelijk gedaan met behulp van de website Socrative. Helaas levert Socrative achteraf alleen frequentietellingen en individuele rapporten op. Op basis hiervan heb ik in EXCEL de grafiek opnieuw geconstrueerd. Dat is ook de reden dat er af en toe een antwoordcategorie ontbreekt in de 5-punt schaal. Dat antwoord is dan niet gegeven. Er is wel een truc om de schaal dan met een dummy toch compleet te krijgen maar dat vond ik net even te veel werk.























Geen opmerkingen:

Een reactie posten